Frank Renout

Correspondent Frankrijk

Ik was als kind blijkbaar nogal nieuwsgierig. Gebeurde er iets op straat, dan ging ik kijken. Mijn ouders werden er gek van. Snapte ik iets niet in de klas, dan vroeg ik er naar. De leraren werden er gek van. En dat is nooit meer veranderd. Hoor ik ergens sirenes, dan draait mijn hoofd meteen om. Verhitte stemmen, vreemde geluiden, gedoe met mensen: ik kom er aan!

Met zo’n instelling kan je maar beter journalist worden. Dan heb je altijd een excuus om vooraan te staan. Dus dat deed ik – en wat ben ik blij dat ik nu in Frankrijk als journalist overal vooraan mag staan. Als er demonstraties zijn (en dat zijn er nogal wat), als er een nieuwe president wordt gekozen (dat is wat minder vaak), of als de Notre Dame afbrandt (één keer): ik mag erbij zijn.

Frankrijk is ook nog eens een land van uitersten. Ik schoof aan tafel met topkok Alain Ducasse, in zijn eigen restaurant, en ik werd met stenen bekogeld in een achterstandswijk met drugsdealers. Topfotograaf Raymond Depardon legde me persoonlijk zijn werkwijze uit en ik volgde een fietsende postbode in besneeuwde bergen die een oogje in het zeil houdt bij kwetsbare ouderen. Dat mag ik vervolgens allemaal laten lezen, horen en zien. En uitleggen. Want journalistiek is feiten registreren èn in hun context plaatsen. Zodat je de feiten ook begrijpt. Mijn persoonlijke uitdaging: laten zien dat Frankrijk meer is dan een vakantieland. Natuurlijk, de bergen en musea zijn prachtig. Maar…

De omgangsvormen met Franse buren in je appartementencomplex zijn compleet anders dan de omgangsvormen in juli en augustus op de camping. Nederland ligt vol glasvezel, in Frankrijk moet ik soms nog zoeken naar 3G. Op een terras aan de Middellandse zee is het altijd leuk en gezellig, maar de Fransen noemen zichzelf ook ‘Wereldkampioen Klagen’. De Nederlandse loodgieter komt op tijd, zijn Franse collega komt vaak niet (of in ons geval: hij blijft tijdens de lunch héél lang weg). Kortom: in Frankrijk kan ik elke dag genieten, kan ik me overal over verwonderen, en mag ik dus overal vooraan staan.