Geert Groot Koerkamp
Correspondent RuslandJij wilt vast correspondent in Moskou worden,’ zei een kennis toen ik na mijn studie journalistiek in Kampen besloot Russisch te gaan leren in Amsterdam. Die ambitie had ik op dat moment geenszins. Wel lonkte het buitenland en wilde ik dolgraag een extra vreemde taal leren die nieuwe werelddelen voor me zou ontsluiten.
Het was lastig kiezen tussen Russisch en Arabisch. In Oost-Europa en de Sovjet-Unie was in de tweede helft van de jaren tachtig veel in beweging, maar ook het Midden-Oosten trok. Het werden Russisch en Ruslandkunde, een keuze waarvan ik nooit spijt heb gehad.
In 1989 viel de muur en bezocht ik voor het eerst de Sovjet-Unie, een fascinerende tijd waarin letterlijk iedere nieuwe dag verandering bracht. In 1990 was ik terug voor een zomerstudie in Leningrad en het jaar daarop voor een stage op het NOS-bureau in Moskou. Het uiteenvallen van de Sovjet-Unie volgde ik vanuit Nederland, maar in 1992 ging ik naar Rusland om er te blijven, spoedig als correspondent voor de Wereldomroep en andere Nederlandse en Vlaamse media, inclusief de NOS.
Vanuit standplaats Moskou versloegen mijn collega’s en ik gebeurtenissen in de hele voormalige Sovjet-Unie, een schier eindeloos gebied dat grenst aan de Europese Unie, Iran en Afghanistan, China, het Poolgebied en, aan de overkant van de Beringstraat, de Verenigde Staten. Die omvang tart de verbeelding, bijvoorbeeld als je na negen uur vliegen nog steeds Rusland onder je ziet.
Het is een onuitputtelijke bron van verhalen, over politieke en economische omwentelingen in alle delen van Rusland, Oekraïne, Belarus, Moldavië, de Baltische staten, de Kaukasus en Centraal-Azië. Over revoluties, klimaatverandering, olie en gas. Over ruimtevaart, milieuproblemen, hiv, vluchtelingen en terrorisme. En – helaas steeds meer – over oorlog en repressie.
Maar, in ieder geval tot aan 2022, óók over adembenemend natuurschoon, rijke en altijd verrassende culturen en een even boeiende als dramatische geschiedenis. En – altijd en overal – over bijzondere mensen die bereid zijn je voor even deelgenoot te maken van hun leven, ook in tijden van rampspoed. Over hoe al die mensen van uiteenlopende afkomst en religies zich verhouden tot een turbulent heden en verleden, op zoek naar een betere toekomst.
Om die mensen gaat het in de journalistiek. Ik beschouw het als een groot voorrecht als verslaggever met al die mensen te mogen praten en voor hen een doorgeefluik te mogen zijn. En te proberen voor het thuispubliek dit bijzondere deel van de wereld al was het maar een beetje dichterbij te brengen en begrijpelijker te maken.