Youssef Abjij

Verslaggever NOS Journaal

Ten opzichte van mijn broers en zussen kun je wel zeggen dat ik al snel een vreemde eend in de bijt bleek. Ik praatte iedereen de oren van het hoofd en stelde veel vragen. Omdat ieder antwoord wel weer een nieuwe vraag opriep, zaten mijn familieleden niet altijd te wachten op die vragendrift. Dan struinde ik door de wijk om buren uit te horen.

Mijn ouders kwamen in de jaren ’80 naar Nederland, eerst mijn vader, hij kwam werken in een fabriek. Daarna volgde mijn moeder, broers en zus. Mijn zusje en ik zijn hier geboren, in Utrecht. Een echt arbeidersgezin, waar we al vroeg ingepeperd kregen om hard te werken en later ‘een goede baan’ te krijgen.

Maar toen ik in 2009 ging studeren, zaten we midden in de bankencrisis. Kranten zagen hun advertentie-inkomsten sterk dalen, overal in de journalistiek werd bezuinigd met als gevolg dat redacties kleiner werden. Was dit wel het goede moment om journalist te worden?

Toch besloot ik journalistiek te gaan studeren, aan de School voor Journalistiek in Utrecht. Ik had geluk, want na mijn stage bij de NOS kwam er een plek vrij op de redactie. Ik werkte onder meer als redacteur op de binnenlandredactie, voor radio, televisie en NOS.nl. Voor NOS op 3, waar ik van dichtbij de transitie van tv naar onlinejournalistiek heb meegemaakt. Later als verslaggever bij het NOS Jeugdjournaal en als presentator van de ochtendjournaals. Nu werk ik als verslaggever voor het NOS Journaal. Een droombaan.

In plaats van door de wijk, struin ik nu door heel het land om te observeren en vragen te stellen. En het zal je niet verbazen: nog steeds zit niet iedereen op die vragen te wachten. Maar ik stel ze toch. Net als vroeger.