Voor het eerst na de coronatijd organiseerde de NOS een bijeenkomst voor externe relaties. Op de barbecue van afgelopen woensdag, 7 september, praatte algemeen directeur Gerard Timmer de aanwezigen bij over hoe het gaat met de NOS. Over het bereik dat groter is dan ooit, over het vertrouwen in de NOS, over de rol van de NOS in het publieke bestel en het toenemend aantal publieke omroepen, de aanpak van de NOS op het WK in Qatar, het publiek journalistieke huis en over de successen van nu en ambities voor de toekomst. Hieronder kunt u de toespraak lezen.
“Goedemiddag, goede en belangrijke relaties, vrienden van de NOS,
Wat fijn dat jullie er weer zijn. Bij de NOS op het Journaalplein. Het plein dat de afgelopen jaren een tweede Malieveld leek te worden. Waar gele hesjes, Nederlanders in opstand, boeren en tractoren ons wel konden bezoeken. En dat ook deden. Maar jullie, zoals hier vandaag aanwezig, niet. Niet omdat we onze gekende NOS-bbq niet wilden organiseren, maar omdat we dat om bekende redenen niet móchten organiseren. Terwijl we er zoveel waarde aan hechten.
Elkaar weer te zien, te spreken, vanaf de plek waar we ons journalistieke werk dagelijks doen. Waar de bijdragen van de collega’s in Den Haag en de correspondenten van over de hele wereld binnenkomen. Waardoor we verslag kunnen doen van grote nieuwsgebeurtenissen, zoals de coronapandemie, en natuurlijk sinds 24 februari dit jaar de oorlog in Oekraïne. En van grote sportevenementen zoals de Olympische zomer- en winterspelen en het EK voetbal voor mannen en vrouwen.
Ik neem jullie in vogelvlucht mee langs ons bereik en vertrouwen, onze journalistieke en onze maatschappelijke rol, de successen van nu en onze visie op de toekomst.
En als je elkaar al even niet gezien hebt wil je weten hoe het de ander vergaat. Wees gerust, dat ga ik niet klassikaal aan jullie vragen. Dat doen we als we elkaar straks persoonlijk spreken. Maar deze plek, waar ik nu sta, biedt me wel de gelegenheid te vertellen hoe het met ons, met de NOS gaat.”
Bereik
“Het antwoord is: goed. We hebben het afgelopen jaar meer mensen bereikt dan ooit, wekelijks 14,2 miljoen mensen. In een dalende lineaire tv-markt is het bereik van de NOS op tv gelijk gebleven aan het jaar daarvoor.
Van iedere drie minuten die de gemiddelde Nederlander naar de publieke omroep kijkt, wordt er één minuut besteed aan kijken naar de NOS.
De Nieuws-, Sport- en Evenementenprogrammering zijn een pijler onder de publieke radiozenders en televisienetten. Online nemen we 87% van het aantal bezoeken van de totale publieke omroep voor onze rekening. De NOS-site en -app hadden nog niet eerder zoveel bereik. Met onze podcasts bereiken we wekelijks 800.000 mensen. En aan het beeld dat de publieke omroep er maar slecht in slaagt om jongeren te bereiken zou ik ook een einde willen maken. De NOS is er altijd en voor iedereen. Ook voor jongeren. Extern onderzoek wijst uit dat de publieke nieuwsvoorziening, de NOS, de belangrijkste nieuwsbron is voor jongeren. Met een bereik van 88% onder 13-19 jarigen en 92% onder 20-29 jarigen. En, we zijn nog immer en onbetwist de meest vertrouwde nieuwsafzender van dit land.”
Vertrouwen
“Cijfers waar ik natuurlijk met trots over verhaal. Maar dat is niet het hele verhaal. Ook wij zien en ervaren de negatieve uitingen over de NOS op social. Nota bene ook van enkele volksvertegenwoordigers. Ook wij zien beelden van vlaggen bij demonstraties. En dan is het goed om de objectieve cijfers te kennen. Voor de duidelijkheid: uit onderzoeken die niet door onszelf zijn gedaan, maar door derden.
Niettemin, de afgelopen twee jaar zijn intensief geweest. Corona en de oorlog in Oekraïne hebben hun uitwerking, ook op de collega’s die erover berichten. Journalisten doen hun journalistieke werk. Maar zijn ook mensen. Op wie de ontwikkelingen in onze wereld ook grote indruk maken. Ontwikkelingen die niet achterblijven in het pand achter mij, maar mee naar huis genomen worden.
Dan is het fijn berichten te lezen waaruit valt op te maken dat het werk opvalt. Zoals deze week van Chris Kijne, die op Twitter schreef: ‘Ik kan me eigenlijk geen oorlog herinneren waarbij NOS Nieuws er zo goed in slaagde door menselijke verhalen de werkelijkheid daar zo dichtbij te brengen. Thnx vandaag, Arjen van der Horst, maar in jou toute l’équipe.’ Toute l’équipe, aldus Kijne. Alle collega’s die naar Oekraïne afreisden, en alle collega’s die vanuit hier of waar ook ter wereld hebben bijgedragen aan het dichtbij brengen van die afgrijselijke werkelijkheid.
Het brengen van het nieuws is er niet makkelijker op geworden. De publieke nieuwsvoorziening staat onder druk. Door de intensiteit van het nieuws. De noodzaak om er 24 uur per dag op alle platforms in veel verschillende vormen en gediversificeerd naar doelgroepen te zijn. Door de veiligheid die nogal eens in het geding is. En door ontwikkelingen binnen het publieke bestel, zoals de hoeveelheid omroepen. De druk die dat oplevert voor zendtijd, middelen en op merkpositionering. En de mate waarin dat van invloed is op de open en onbevangen publieke nieuwsvoorziening. Prioriteit nummer één ís het omarmen van die publieke nieuwsvoorziening.
Voor de NOS zijn er de komende jaren twee grote uitdagingen. Het behoud van het vertrouwen en het behoud van het bereik.”
Het publiek journalistieke huis
“Om deze redenen hebben we dit voorjaar een alliantie met de regionale omroepen gesloten. Om het regionale nieuws te verbinden met het landelijke én te versterken. Om te onderzoeken of we tot één contentmanagementsysteem kunnen komen. En om te verkennen waar we in opleiding, onderzoek en in onze online activiteiten de krachten kunnen bundelen. Voor een nog betere journalistiek en een groter bereik.
Verder ligt er een kans, maar ook noodzaak, om de derde laag van de publieke journalistiek – die van de lokale omroepen – mét elkaar te versterken.
De NOS wil, samen met de Regionale Omroepen en graag ook de lokale omroepen, de komende jaren bouwen aan, zoals we dat noemen het publiek journalistieke huis.”
Het publieke bestel
“Voorts zal voor het publiek binnen de publieke omroep helderder moeten worden wie voor welke taak verantwoordelijk is en waar de afzender van die programma’s voor staat. De NOS, als taakomroep, doet dat bij wet vanuit een open en onbevangen neutraliteitsbeginsel. Omroepverenigingen daarentegen vanuit een maatschappijperspectief.
Dit onderscheid is voor het publiek steeds moeilijker waarneembaar. Deze week wordt bekend wie zitting neemt in de staatscommissie die zich bezig gaat houden met de legitimatiecriteria voor omroepverenigingen. De uitkomst van de opdracht van die staatscommissie moet wat ons betreft bijdragen aan het ontwarren van de kluwen aan afzenders die het bestel helaas is geworden.
De NOS vindt externe pluriformiteit belangrijk, laat daar geen misverstand over bestaan. Maar dat begrip is niet gratis. Daar moet je geen legitimatie of identiteit bij zoeken. Dat moet je zijn. De NOS pleit ook voor het opnieuw instellen van een visitatiecommissie. Én een uitgang van het bestel. Die, net als in een sportcompetitie, zij het niet jaarlijks, bijdraagt aan de frisheid van het geheel en een bestel dat aansluit op hoe de maatschappij zich ontwikkelt.”
Ambities
“Om het bereik op orde te houden zal de NOS haar succesvolle strategie, daar zijn waar ons publiek is, in volle kracht voortzetten. Ook spannen we ons in om de toegankelijkheid van onze content te vergroten. Wat inmiddels heeft geleid tot het NOS Nieuws van de Week: een journaal in makkelijke taal en uitleg. Deze week hebben we aangekondigd dat het NOS Nieuws van de Week ook uitgezonden gaat worden door RTV Drenthe, Omroep West, de lokale omroepen ZO!34 en Omroep Tilburg. Nadat het eerder al was omarmd door Omroep Venlo en Stadsomroep Den Haag. Meerdere omroepen zullen spoedig volgen. Ook onze site en app worden toegankelijker. Zo wordt nu op de app een speciaal lettertype aangeboden voor mensen met dyslexie.
Enkele weken geleden bleek uit een onderzoek van het Europees Parlement dat van alle Europeanen de Nederlanders het meest geïnteresseerd zijn in sportnieuws en dat ook het meest volgen. Een mooie steun in de rug voor de collega’s van NOS Sport die bijna onvermoeibaar verslag doen van al die grote evenementen, zoals afgelopen weekend nog de Grand Prix Formule 1 van Zandvoort.
Dat alleen al op televisie – bij de NOS op NPO1 – 4,7 miljoen mensen heeft bereikt.
Anderhalf jaar geleden heeft de Vrije Universiteit onderzoek gedaan naar de mate waarin aandacht voor sport op televisie bijdraagt aan de participatie van sport. Dat verband hebben ze nadrukkelijk kunnen vaststellen. Een publieke waarde van sport op televisie die nog niet eerder als zodanig is benoemd. Wat ik bij dezen graag doe. Voor in alle beleidsstukken in de toekomst. In Hilversum, en Den Haag.”
WK Qatar
“Wat me brengt op het WK voetbal in november in Qatar. Vanaf 20 november in dit theater. We krijgen daar, begrijpelijk, de nodige vragen over. Kan de NOS, de publieke omroep, het wel maken om een evenement uit te zenden vanuit een land dat het niet nauw neemt met de mensenrechten? Waar veel mensen zijn omgekomen bij de bouw van de stadions voor dit evenement? We zullen de komende weken actief ons standpunt communiceren.
Maar alvast voor u: de NOS, met NOS Nieuws, Nieuwsuur en NOS Sport, is bij uitstek de partij die hier verslag van kan doen. En ja, anders dan bij andere toernooien. Terughoudender, met een beperkte ploeg afreizend, met veel aandacht voor die mensenrechten, zonder expliciete Qatarpromotie.
De NOS neemt geen standpunten in. De NOS laat zien wat er in de wereld gebeurt. Nieuws, sport en evenementen behoren tot onze journalistieke taak. Ervoor kiezen om niet of ten dele te berichten, kleurt voor eens en voor altijd de berichtgeving van de NOS in de toekomst. En dát hoort niet bij de NOS.
Ik rond af. Tijd nu om elkáar te bevragen hoe het gaat. Namens tout l’équipe, de gehele NOS, zeg ik; fijn dat u er weer bent!
Dank u wel.”